Midden jaren zeventig begon ik met het maken van assemblages met op het strand gevonden drijfhout. Teer, witte verf en roestige spijkers waren mijn andere materialen. De figuren die zo ontstonden kregen haren van de draden van de maiskolf.
Bij toeval kreeg ik de beschikking over een grote elektrische oven. Vanaf dat moment gingen we kleien. Uiteindelijk heb ik slechts vijf jaar met keramiek gewerkt. Van abstract tot gebruiksvoorwerpen zoals servies en tegels, tot het beschilderen van het complete sanitair van spiritueel centrum Oibibio.